franchise-perikelen

Misleide franchisenemers hebben onlangs genoegdoening gekregen in een procedure tegen de franchisegever. In Nederland wordt de laatste tien jaar steeds vaker gebruik gemaakt van franchise contracten. Voorbeelden hiervan zijn de ketens van McDonalds, Coca-Cola, Holiday Inn, Albert Heijn en Manpower. Deze bedrijven (franchisegever) geven zelfstandige ondernemers (franchisenemers) de gelegenheid hun naam en hun exploitatiesysteem (waaronder logo en verkoopmethode) te gebruiken. Naar buiten toe lijken al deze ondernemingen deel uit te maken van één en dezelfde grote onderneming, doch juridisch is iedereen zelfstandig en zelf verantwoordelijk. Sommige franchisegevers (waarmee niet de voorgaande bedoeld worden) schromen niet om in informatiemateriaal en advertenties fraaie prognoses te schetsen. Daarbij komen vaak zogenaamde “uitgebreide onderzoeksrapporten” ter tafel om aan te tonen dat als franchisenemer aanzienlijke winsten kunnen worden geboekt. Dergelijke misleiding is gelukkig door de rechtbank afgestraft. Wat was het geval? Een onderneming, genaamd Home Choice, had in een advertentiefranchisenemers gevraagd voor de verkoop van zogenaamd ‘bruin- en witgoed’: elektronische apparaten, zoals televisies en ijskasten. Men behoefde geen bedrijfsruimte te bezitten, want de verkoop ging via een (eigen) postorderbedrijf, ondersteund door een maandblad aan de klanten. Home Choice zou folders laten maken en verkooptrainingen organiseren.

Zij beriep zich voorts (naar later bleek ten onrechte) op onderzoeksrapporten en op het succes van de verkoopmethode in Amerika en Engeland. Tegen betaling van f 10.000,- kon men als franchisenemer beginnen. In totaal zeventien personen hapten toe, maar de resultaten bleken na enige tijd zwaar tegen te vallen. De zeventien ondernemers bundelden hun krachten en vorderden ontbinding van de franchisecontracten en schadevergoeding van Home Choice. De rechtbank te Arnhem oordeelde, dat deze inderdaad ernstig tekort was geschoten. Men had te hoge winsten te voorspeld, onder andere door geen rekening te houden met aanloopproblemen en sterke concurrentie; men had misleidende advertenties geplaatst; van de toegezegde opleidingen en technische ondersteuning was nauwelijks iets terecht gekomen. Men was vrijwel onbereikbaar en last but not least bleken de prijzen onvoldoende concurrerend. De zeventien ondernemers kregen dus gelijk. Deze uitspraak leert, dat informatie van de franchisegever juist en volledig moet zijn. Hij moet er bovendien voor zorgen, dat vooraf een zorgvuldige en gefundeerde indicatie wordt gegeven omtrent de omzet- en bedrijfsontwikkeling. Van zijn kant is de franchisenemer verplicht ook zelf goed op te letten en zorgvuldig te werk te gaan voordat hij het contract aangaat. Als er reden voor twijfel is, zal hij een onderzoek moeten instellen. De franchisegever tenslotte dient er rekening mee te houden dat als de resultaten aanzienlijk slechter zijn dan de prognose, de franchisenemer door de rechter als zwakkere partij zal worden beschermd.

juli 1996