De afgelopen jaren is het Nederlandse bestuursrecht ingrijpend gewijzigd. Deze operatie heeft tot gevolg dat een grote verscheidenheid aan regelingen betreffende het rechtsverkeer tussen de overheid en de burger zijn gestroomlijnd. Dit bevordert de helderheid en toegankelijkheid tegenover de burger. Een deel van de rechtspraak in dergelijke zaken is daarbij overgeheveld naar de gewone rechter. Binnen afzienbare tijd zullen ook regels over subsidie en over handhaving van wettelijke voorschriften opgenomen worden in dit vrij nieuwe complex van regels, genaamd de Algemene wet bestuursrecht. Om te beginnen de subsidie: aan de orde komen de subsidieverlening en -vaststelling, de verplichtingen van de ontvanger, de betaling, de intrekking of wijziging van de subsidie en de verstrekking van subsidie per boekjaar.
Tegen de besluiten rond de subsidie staan uiteraard bezwaar, beroep en hoger beroep open. Van groot belang wordt ook de regeling van de bestuursrechtelijke handhaving. Er komen bepalingen over het toezicht door het bestuur op de naleving van wettelijke voorschriften. Constateert de toezichthouder dat in strijd met zulk een voorschrift is of wordt gehandeld, dan kan zogenaamde bestuursdwang worden toegepast. Via feitelijk handelen treedt een bestuursorgaan dan op tegen de overtreder, bijvoorbeeld door iets dat zonder vergunning gebouwd is af te breken. De kosten komen voor rekening van de overtreder. Ook het opleggen van een dwangsom is mogelijk. Tegen de betreffende besluiten staan natuurlijk bezwaar en beroep open.
juli 1996