handhaving van het milieurecht

Het Midden- en Kleinbedrijf wordt geconfronteerd met verwarrend milieurecht. Het ‘Milieu’ staat al jarenlang bovenaan de politieke agenda. Het Midden- en Kleinbedrijf ondervindt de gevolgen daarvan in de vorm van een verscherpt handhavingsbeleid van milieuwetgeving. In een aantal Nederlandse gemeenten, waaronder Amsterdam, wordt tegenwoordig gewerkt aan een ‘bedrijfstakgewijze aanpak in het kader van de milieuwetgeving’. Daartoe wordt getracht het woud van milieuregels te reduceren tot een aantal relatief eenvoudige geboden en verboden. Enerzijds wordt daarmee een preventief effect beoogd: de gedachte is dat bedrijven minder snel de regels zullen overtreden wanneer zij weten waaraan zij toe zijn. Anderzijds wordt de opsporing van milieu-overtredingen op deze manier vereenvoudigd en kan de reguliere politie, die uiteraard niet is gespecialiseerd in milieu wetgeving, toch bij de opsporing worden betrokken. Aan deze aanpak zijn naast een aantal evidente voordelen ook nadelen verbonden. Ter illustratie kunnen wij het voorbeeld nemen van de hoofdstedelijke aanpak van de milieuverontreiniging bij het reinigen van gevels. De laatste jaren heeft het langs chemische of mechanische weg schoon spuiten van buitengevels van huizen en kantoren een grote vlucht genomen. Uiteraard moet de daaraan verbonden schade voor het milieu alsmede de overlast voor omwonenden tot een minimum worden beperkt.

De Amsterdamse Milieudienst heeft het handhavingsbeleid in een notitie vastgelegd. aarin wordt aangegeven welke voorzorgsmaatregelen moeten worden getroffen en welke vergunningen en ontheffingen moeten worden aangevraagd. Maar wat blijkt: alleen al de term ‘gevelreiniging’ zorgt voor verwarring. Geldt de notitie ook voor glazenwassers die een glazen pui reinigen, voor een schoonmaakbedrijf dat graffiti verwijdert, of voor het verwijderen van los vuil met schoon leidingwater? En zo niet, welke regels zijn dan toepasselijk? Een ander probleem is gelegen in de opsporing door niet gespecialiseerde politiemensen. De doorsnee agent weet niet waar hij op moet letten. In de notitie zijn weliswaar een ‘checklist’ opgenomen, waarop de verbalisant hokjes moet aankruisen, en een model proces-verbaal, maar dat is bepaald geen garantie voor een adequaat politie-optreden. Een gevaar is bijvoorbeeld dat het proces-verbaal vol staat met standaard formuleringen, waarvan de verbalisant de betekenis niet of nauwelijks kan begrijpen. Nijpender is, dat niet is voorzien in monstername. De rechter zal dus bij de beantwoording van de vraag of er sprake is van milieu-verontreiniging moeten afgaan op de waarnemingen van een niet-deskundige. De milieudienst doet dit probleem eenvoudig af met de opmerking dat er bij reinigingsactiviteiten altijd wel sprake zal zijn van overschrijding van de normen. Dit komt in feite neer op een soort omkering van de bewijslast. Waardoor de bekeurde ondernemer zal moeten aantonen dat geen sprake is van overschrijding van de normen. Dat is in strijd met het uitgangspunt dat niemand schuldig is voordat zijn schuld is bewezen. De conclusie is dan ook dat de problemen met het handhaven van milieuwetgeving met deze zogenaamde bedrijfstakgewijze aanpak in feite worden afgewenteld op het bedrijfsleven.

november 1996