Naar verwachting zal binnen een jaar een wet inwerkingtreden met een nieuwe regeling voor huurovereenkomsten. Het nieuwe huurrecht zal bestaan uit een algemeen deel, dat van toepassing is op alle huurovereenkomsten, zoals bijvoorbeeld de huur van een auto, en bijzondere delen die betrekking hebben op de verhuur van woon- en bedrijfsruimte. Een aantal wijzigingen wordt kort besproken. De verhuurder is verplicht het gehuurde in goede staat, althans zonder gebreken, ter beschikking van de huurder te stellen. Nieuw is dat hier niet meer bij overeenkomst van kan worden afgeweken. De praktijk van verhuur van slooppanden voor een geringe prijs is dan volgens de letter van de wet niet meer mogelijk. Naar verwachting zullen rechters (tijdelijke) verhuur van slooppanden toestaan mits de huurprijs in verhouding staat tot de gebrekkige staat van het pand. Een huurder (zowel van een woning als van een bedrijfspand) is volgens het nieuwe recht verplicht medewerking te verlenen aan een renovatie (ook nieuwbouw). Het oude recht kende die verplichting niet, waardoor de verhuurder vaak via juridische omwegen een renovatie moest afdwingen. Veranderingen aanbrengen Een merkwaardige wijziging ten opzichte van het
oude recht is dat de huurder volgens het nieuwe recht veranderingen en toevoegingen aan het gehuurde mag aanbrengen, mits die bij het einde van de huur zonder noemenswaardige kosten ongedaan kunnen worden gemaakt. Het nieuwe recht kent ook een duidelijke regeling voor de oplevering bij het einde van de huur. Als de verhuurder bij het aangaan van de huur geen ’beschrijving’ van het gehuurde heeft opgemaakt, wordt aangenomen dat de staat van het gehuurde bij het einde van de huur overeenkomt met de staat bij het aangaan van de huur. De verhuurder moet, in het voorkomende geval, het tegenbewijs leveren. Bij bedrijfsruimte kan contractueel van deze regel worden afgeweken.
Onderhuur
De huidige wet bepaalt dat een huurder niet mag onderverhuren, tenzij de verhuurder toestemming heeft gegeven. Volgens de voorgestelde nieuwe regeling is onderverhuren toegestaan tenzij de huurder moest aannemen dat de verhuurder hiertegen redelijke bezwaren zal hebben of in de huurovereenkomst iets anders is vastgelegd. Dat betekent dat het voor verhuurders aanbeveling verdient expliciet een bepaling over onderhuur in de huurovereenkomst op te nemen. Bij het sluiten van nieuwe overeenkomsten is het aan te bevelen om alvast te anticiperen op de aanstaande wetgeving.
mei 2002