Gemeenten worden verplicht een vergunning te verlenen aan mensen die vóór 1 november 2003 in hun recreatiewoning zijn getrokken en daar sindsdien onafgebroken, maar onrechtmatig, hebben gewoond. Dit wordt geregeld door de Wet vergunning onrechtmatige bewoning recreatiewoningen. U kunt na de inwerkingtreding van de wet de vergunning aanvragen bij uw gemeente.
Het gaat hier om voorgenomen beleid. De inwerkingtreding van de wet is afhankelijk van de instemming van de Tweede en Eerste Kamer en publicatie in het Staatsblad. De streefdatum van inwerkingtreding is 1 januari 2011. De ministerraad heeft op 10 juli 2009 ingestemd met het wetsvoorstel ‘Vergunning onrechtmatige bewoning recreatiewoningen’. Momenteel ligt het wetsvoorstel bij de Tweede Kamer.
Om in aanmerking te komen voor een vergunning moet u aan de volgende voorwaarden voldoen:
* u bent vóór 1 november 2003 in de recreatiewoning getrokken en u heeft er sindsdien onafgebroken gewoond, in elk geval tot 1 januari 2010;
* u was op 31 oktober 2003 meerderjarig;
* u bent vóór 1 januari 2010 niet door de gemeente op de bewoning aangeschreven via een besluit tot oplegging van een last onder dwangsom of bestuursdwang, of via een (gedoog)besluit om voor bepaalde tijd van handhaving af te zien;
* de recreatiewoning moet voldoen aan de eisen van het Bouwbesluit voor bestaande woonfuncties. De bewoning mag niet in strijd zijn met de milieuwetgeving (bijvoorbeeld geluid- en stankzones).
Heeft de gemeente wel vóór 1 januari 2010 over u een handhavingbesluit genomen, dan heeft u al genoeg duidelijkheid gekregen dat u niet in uw recreatiewoning mag blijven wonen, en komt u niet in aanmerking voor een vergunning.
Heeft de gemeente pas ná 1 januari 2010 zo’n besluit genomen (eventueel zelfs gevolgd door daadwerkelijke uitvoering), dan mag u toch een vergunning aanvragen die de gemeente moet verlenen.
december 2010