Op 1 januari 1998 is de nieuwe Mededingingswet in Nederland in werking getreden waardoor de controle op mededinging op de Nederlandse markt veel intensiever wordt.
De belangrijkste wijzigingen luiden als volgt.
In de eerste plaats is een verbod van mededingingsbeperkende afspraken (het kartelverbod) van kracht geworden. Onder dit kartelverbod vallen prijsafspraken, marktverdelingsafspraken en bepaalde afspraken waarbij exclusiviteit is verleend. Contracten en afspraken (ook gentlemen’s agreements) in strijd met het kartelverbod zijn nietig en de betrokken ondernemingen kunnen een boete krijgen van de Nederlandse mededingingsautoriteit (Nma). De boete kan oplopen tot 10% van de wereldgroepsomzet.
Ten tweede is misbruik van economische machtsposities verboden. Het misbruik van een economische machtspositie kan bijvoorbeeld bestaan uit het weigeren van levering van goederen, het hanteren van extreem hoge of lage prijzen of het geven van loyaliteitsbonussen.
Tenslotte is het verboden om bepaalde concentraties van ondernemingen (een fusie, joint venture of overname) tot stand te brengen zonder voorafgaande melding bij de Nma. De plicht tot aanmelding van de ‘concentratie’ geldt indien de gezamenlijke wereldwijde netto-omzet van de betrokken ondernemingen meer dan 250 miljoen gulden bedraagt en door tenminste twee ondernemingen ieder tenminste 30 miljoen gulden netto-omzet in Nederland wordt behaald. Na aanmelding kan door de Nma worden besloten dat een vergunning is vereist.
juli 1998