De Erfenis en de Inbreng van schenkingen in de nalatenschap

Schenkingen spelen vaak een belangrijke rol in nalatenschappen, vooral wanneer deze tijdens het leven van de erflater zijn gedaan. Erfgenamen worden vaak geconfronteerd met de vraag of deze schenkingen moeten worden ingebracht in de erfenis, wat kan leiden tot geschillen over de verdeling. Dit artikel gaat in op de regels rond inbreng van schenkingen, de juridische procedures en de mogelijke conflicten die hierbij kunnen ontstaan.

Wat is inbreng van een schenking?

Inbreng van schenkingen houdt in dat een schenking die een erfgenaam tijdens het leven van de erflater heeft ontvangen, wordt verrekend met het erfdeel dat deze erfgenaam krijgt uit de nalatenschap. Dit principe is gebaseerd op het idee dat alle erfgenamen gelijk behandeld moeten worden, en dat schenkingen die tijdens het leven van de erflater zijn gedaan, in sommige gevallen gezien moeten worden als een voorschot op de erfenis.

De verplichting tot inbreng geldt echter niet altijd automatisch. De erflater kan in het testament aangeven of schenkingen wel of niet ingebracht moeten worden. Wanneer hier niets over in het testament is opgenomen, gelden de wettelijke regels, die we in dit artikel zullen bespreken​.

Wanneer is er sprake van een inbrengplicht?

Volgens het Nederlandse erfrecht is er alleen sprake van een inbrengplicht als de erflater dit expliciet heeft bepaald in het testament. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn als de erflater wil dat de schenkingen die hij tijdens zijn leven heeft gedaan aan zijn kinderen, worden meegeteld bij de verdeling van de nalatenschap.

Als er geen testament is, geldt de wettelijke regeling. Voor kinderen geldt in principe dat schenkingen die zij tijdens het leven van hun ouder hebben ontvangen, niet hoeven te worden ingebracht in de erfenis, tenzij dit specifiek door de ouder is vastgelegd.

Er zijn echter uitzonderingen, bijvoorbeeld wanneer de schenking duidelijk bedoeld was als voorschot op de erfenis, of als de waarde van de schenking buitensporig hoog is in vergelijking met het erfdeel van andere erfgenamen.

Voorbeeld:

Stel dat een vader tijdens zijn leven een aanzienlijke som geld schenkt aan zijn oudste zoon. Na zijn overlijden blijkt dat de andere kinderen aanzienlijk minder hebben gekregen. Als de vader niets heeft vastgelegd over deze schenking in zijn testament, kan dit leiden tot conflicten tussen de kinderen over de vraag of deze schenking moet worden ingebracht​.

3. Gevolgen van niet-ingebrachte schenkinge

Als een schenking niet wordt ingebracht, kan dit leiden tot ongelijke verdelingen onder de erfgenamen. Dit kan vooral problematisch zijn in families waar grote schenkingen tijdens het leven van de erflater zijn gedaan aan bepaalde erfgenamen, waardoor zij een veel groter deel van de nalatenschap ontvangen dan de andere erfgenamen​.

Het is belangrijk om te begrijpen dat de beslissing om een schenking al dan niet in te brengen, grote financiële gevolgen kan hebben. Erfgenamen die een schenking hebben ontvangen die niet wordt ingebracht, zullen mogelijk een veel groter deel van het vermogen van de erflater ontvangen dan de andere erfgenamen. Dit kan leiden tot conflicten en zelfs juridische procedures tussen de erfgenamen​.

4. Hoe wordt de waarde van de schenking bepaald?

De waarde van de schenking wordt in principe vastgesteld op het moment van de schenking. Dit betekent dat, ook al is de schenking jarenlang in waarde gestegen (bijvoorbeeld in het geval van onroerend goed), de waarde op het moment van de schenking leidend is voor de berekening van de inbreng​.

Er kunnen echter situaties ontstaan waarbij de waarde van de schenking aanzienlijk is veranderd sinds het moment van de schenking. In deze gevallen kan het nodig zijn om een deskundige in te schakelen om de huidige waarde van de schenking vast te stellen en te bepalen hoe deze moet worden meegeteld bij de verdeling van de nalatenschap.

5. Juridische conflicten en oplossingen

De inbreng van schenkingen is vaak een bron van conflicten tussen erfgenamen, vooral als de verhoudingen binnen de familie al gespannen zijn. Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn wanneer één erfgenaam een grote schenking heeft ontvangen en de anderen zich benadeeld voelen. In dergelijke situaties kunnen de erfgenamen er mogelijk niet in slagen om onderling tot een overeenkomst te komen, en kan het nodig zijn om juridische stappen te ondernemen​.

Mediation

In veel gevallen kan mediation helpen om deze conflicten op te lossen zonder dat het tot een rechtszaak komt. Een mediator kan de erfgenamen helpen om tot een redelijke en eerlijke verdeling te komen, waarbij rekening wordt gehouden met de belangen van alle partijen. Mediation kan een kosteneffectieve en minder belastende manier zijn om een geschil op te lossen, vooral wanneer het om familie gaat.

Rechtsgang

Als mediation geen uitkomst biedt, kan de zaak worden voorgelegd aan de rechter. De rechter zal de juridische regels rondom de inbreng van schenkingen toepassen en een beslissing nemen over hoe de nalatenschap verdeeld moet worden. Dit kan leiden tot een formele uitspraak die bindend is voor alle erfgenamen​.

6. Schenkingen en belastingtechnische aspecten

Bij de inbreng van schenkingen moet niet alleen rekening worden gehouden met de juridische aspecten, maar ook met de fiscale gevolgen. Schenkingen worden namelijk belast met schenkbelasting. De ontvanger van de schenking is verantwoordelijk voor het betalen van deze belasting, die wordt berekend op basis van de waarde van de schenking en de relatie tussen de schenker en de ontvanger.

Daarnaast kan de inbreng van een schenking invloed hebben op de hoogte van de erfbelasting die de erfgenamen moeten betalen. Het is belangrijk om op de hoogte te zijn van de fiscale regels en om waar nodig advies in te winnen van een belastingadviseur om verrassingen te voorkomen​.

Conclusie

De inbreng van schenkingen in de nalatenschap kan leiden tot ingewikkelde juridische en emotionele kwesties. Het is van groot belang dat er duidelijkheid bestaat over de intentie van de erflater met betrekking tot schenkingen en dat erfgenamen goed op de hoogte zijn van hun rechten en plichten. Door tijdig juridische en fiscale begeleiding in te schakelen, kunnen veel conflicten en problemen voorkomen worden.

Wilt u meer weten over dit onderwerp, stel dan vrijblijvend een vraag via advocaten.nl of bel met 0900-advocaten.

Onterving van kinderen en de legitieme portie: De juridische uitdagingen bij onterving

Onterving van kinderen is een gevoelig onderwerp dat vaak tot juridische conflicten binnen families leidt. Hoewel ouders de vrijheid hebben om een kind te onterven, beschermt de wet onterfde kinderen door hen recht te geven op de legitieme portie. Dit artikel bespreekt de juridische aspecten van onterving en de mogelijkheden die kinderen hebben om hun legitieme deel op te eisen.

Het onterven van kinderen is een van de meest controversiële en emotionele onderwerpen binnen het erfrecht. Hoewel ouders in Nederland de vrijheid hebben om hun bezittingen naar wens na te laten, hebben kinderen die onterfd worden nog steeds recht op een deel van de nalatenschap. Dit deel staat bekend als de legitieme portie en is bedoeld om kinderen te beschermen tegen volledige onterving.

In dit artikel behandelen we de juridische aspecten van onterving, de legitieme portie, en de conflicten die vaak ontstaan rondom deze kwesties. We bespreken ook de stappen die onterfde kinderen kunnen nemen om hun rechtmatige deel van de erfenis op te eisen en welke juridische procedures daarbij een rol spelen.

1. Wat betekent onterving?

Onterving is het proces waarbij een ouder expliciet in een testament vastlegt dat een kind geen aanspraak kan maken op een deel van de erfenis. Dit gebeurt meestal als gevolg van persoonlijke conflicten of omdat de ouder ervoor kiest om het vermogen aan anderen na te laten, zoals de partner, vrienden of een goed doel. Hoewel ouders het recht hebben om een kind in een testament te onterven, zijn er wettelijke beperkingen.

In Nederland kunnen ouders hun kinderen namelijk niet volledig onterven. De wet beschermt kinderen door hen altijd recht te geven op een minimumaandeel van de erfenis, ook wel de legitieme portie genoemd​.

2. De legitieme portie: bescherming tegen volledige onterving

De legitieme portie is het wettelijke recht van een kind op een deel van de nalatenschap van een ouder, zelfs wanneer het kind in het testament is onterfd. Dit recht kan door het kind worden opgeëist, maar het kind ontvangt geen goederen of specifieke bezittingen, zoals in het geval van erfgenamen die niet zijn onterfd. De legitieme portie is namelijk altijd een vordering in geld​.

De hoogte van de legitieme portie is vastgesteld op de helft van wat het kind zou hebben gekregen indien er geen testament was opgesteld. Dit betekent dat als de ouder zonder testament zou zijn overleden, het kind normaal gesproken recht zou hebben op een gelijk deel met andere erfgenamen. Bij onterving wordt dat recht verminderd tot de helft van dat oorspronkelijke erfdeel.

Voorbeeld:

Als een ouder twee kinderen heeft en één daarvan onterft, dan zou elk kind zonder testament recht hebben gehad op 50% van de nalatenschap. De legitieme portie van het onterfde kind bedraagt dan 25% van de nalatenschap, oftewel de helft van zijn oorspronkelijke erfdeel​.

3. Hoe kan de legitieme portie worden opgeëist?

Wanneer een kind onterfd is, kan het binnen vijf jaar na het overlijden van de ouder aanspraak maken op de legitieme portie. Dit gebeurt door een formeel verzoek in te dienen bij de executeur van de nalatenschap of bij de overige erfgenamen. Als de erfgenamen niet bereid zijn om de legitieme portie uit te betalen, kan het onterfde kind naar de rechter stappen om zijn of haar recht te claimen​.

Het is belangrijk dat het onterfde kind tijdig actie onderneemt, omdat het recht op de legitieme portie kan verjaren na de termijn van vijf jaar. De verjaringstermijn begint te lopen op de dag van het overlijden van de ouder.

4. Conflicten rondom de legitieme portie

De toewijzing van de legitieme portie leidt vaak tot conflicten tussen de onterfde kinderen en de overige erfgenamen. Dit kan verschillende oorzaken hebben:

  • Emotionele spanningen: Onterving wordt vaak gezien als een afwijzing, wat emotionele wonden kan veroorzaken en tot ruzies kan leiden tussen de erfgenamen.
  • Verschillen in interpretatie van het testament: Onterfde kinderen en overige erfgenamen kunnen het oneens zijn over de interpretatie van de bepalingen in het testament, vooral wanneer het onduidelijk is hoe de nalatenschap verdeeld moet worden.
  • Geschillen over de waarde van de nalatenschap: De legitieme portie is een geldvordering die gebaseerd is op de waarde van de nalatenschap. Het vaststellen van deze waarde kan ingewikkeld zijn, vooral wanneer de nalatenschap bestaat uit onroerend goed of andere bezittingen waarvan de waarde moeilijk te bepalen is.

5. Uitsluiting van de legitieme portie in een testament

Hoewel ouders hun kinderen niet volledig kunnen onterven, kunnen zij in sommige gevallen de legitieme portie beperken of zelfs uitsluiten via een testament. Dit kan echter alleen in zeer specifieke situaties, zoals wanneer het kind zich ernstig heeft misdragen ten opzichte van de ouder of familieleden.

De mogelijkheden om de legitieme portie te beperken zijn echter zeer beperkt, en de rechter zal bij een geschil zorgvuldig beoordelen of er voldoende grond is om het kind het recht op de legitieme portie te ontzeggen.

6. Het belang van mediation bij erfrechtelijke conflicten

Conflicten rondom onterving en de legitieme portie kunnen langdurige juridische procedures tot gevolg hebben. Het inschakelen van een mediator kan helpen om de communicatie tussen de erfgenamen te verbeteren en tot een oplossing te komen zonder dat een rechterlijke procedure nodig is. Mediation kan bijdragen aan een oplossing die voor alle partijen acceptabel is, zonder de emotionele belasting die een juridische strijd vaak met zich meebrengt.

7. Juridische stappen bij onenigheid

Als mediation niet slaagt of als de erfgenamen niet bereid zijn om de legitieme portie te betalen, kan het onterfde kind naar de rechter stappen om zijn recht te claimen. Dit gebeurt door middel van een civiele procedure waarin de rechter bepaalt hoe de nalatenschap moet worden verdeeld en of het kind recht heeft op de legitieme portie.

De rechter zal de waarde van de nalatenschap beoordelen en bepalen hoeveel het onterfde kind toekomt. Daarnaast kan de rechter de overige erfgenamen verplichten om het kind uit te betalen. In sommige gevallen kan de rechter ook beslissen over andere aspecten van de nalatenschap, zoals de verdeling van onroerende goederen​.

8. Wat zijn de gevolgen van het niet uitkeren van de legitieme portie?

Als de erfgenamen weigeren om de legitieme portie uit te keren, kan dit leiden tot juridische sancties. De rechter kan een dwangsom opleggen om de erfgenamen te dwingen tot betaling. In ernstige gevallen kan de nalatenschap zelfs in vereffening worden gesteld, wat betekent dat een externe vereffenaar wordt aangesteld om de bezittingen van de overledene te verdelen​.

Conclusie

Onterving van kinderen is een complex juridisch proces dat vaak tot conflicten leidt binnen families. Hoewel ouders het recht hebben om hun kinderen te onterven, kunnen deze kinderen nog steeds aanspraak maken op de legitieme portie, een geldvordering die hen beschermt tegen volledige onterving. Door tijdig juridische stappen te ondernemen en, waar mogelijk, mediation in te schakelen, kunnen erfgenamen en onterfde kinderen de verdeling van de nalatenschap op een rechtvaardige en efficiënte manier afhandelen.

Heeft u te maken met een onterving of een geschil over de legitieme portie? Neem dan contact op met een info@advocaten.nl om uw rechten te beschermen en de nalatenschap op de juiste manier af te handelen. U kunt ook bellen met 0900-advocaten voor meer informatie, of een formulier invullen op advocaten.nl.

Mediation goedkoper en sneller alternatief geschillenbeslechting

Het recht moet zorgen voor orde in de maatschappij. Daar waar er geschillen zijn, kunnen deze op basis van het recht opgelost worden. De rechtspraak zorgt ervoor dat regels gehand­haafd worden en dat geschillen tussen partijen beëindigd worden. Dit is al eeuwenlang het uitgangspunt. Maar als een geschil beëindigd is, is het dan ook echt opgelost?

Door de tijd heen hebben we geleerd dat er meerdere wegen zijn die naar Rome leiden. Soms is het verstandig om een andere route te kiezen, omdat deze nu eenmaal sneller en/of efficiënter is, of iemand dichter bij de gewenste bestemming brengt. Zo is het ook met rechtspraak. Het kan wenselijk zijn dat de rechter een knoop doorhakt over een geschil waar partijen zelf niet uit komen. Maar soms is het veel wenselijker om een geschil op alternatieve wijze te beslechten. Eén van de alternatieve vormen van geschillenbeslechting is mediation.

Bij mediation gaan partijen onder professionele begeleiding van een objectieve, onafhankelijke mediator met elkaar in gesprek. Onderzocht wordt wat partijen nu precies verdeeld houdt en wat ieders belangen daarin zijn. Als de kern van de zaak duidelijk is, kan naar een oplossing worden gezocht die ook echt passend is voor de concrete situatie waarin partijen zich bevinden. De mediator begeleidt dit hele proces, stimuleert partijen (en daagt hen uit) om creatief na te denken over de mogelijkheden en onmogelijkheden. Het doel is om tot een echt goede oplossing te komen; eentje die niet alleen het geschil oplost, maar ook tegemoet komt aan alle overige belangen van de betrokken partijen. Een totaaloplossing dus, die meetbaar en werkbaar is.

Mediation leidt doorgaans sneller en goedkoper tot een oplossing dan een procedure. Het is mogelijk om binnen één mediationproces een totaaloplossing te bereiken voor een geschil waarover anders meerdere procedures gevoerd hadden moeten worden. Mediation wordt als minder stressvol ervaren en maakt het mogelijk om een relatie of verstandhouding intact te laten (daar waar partijen in de rechtbank lijnrecht tegenover elkaar komen te staan). Het gaat er in mediation niet om wie gelijk krijgt, partijen gaan oplossingsgericht te werk. Mochten partijen in mediation onverhoopt niet tot een oplossing komen, dan liggen alle opties nog open en kunnen zij hun geschil desgewenst alsnog aan een rechter voorleggen.

Kortom: mediation is een volwaardig alternatief voor rechtspraak en biedt vele voordelen, waardoor partijen sneller en goedkoper, méér kunnen bereiken. Mediation is het bewijs dat geschillenbeslechting ook mogelijk is zonder verliezers. En dat is wat mediation zo mooi maakt.

Bron: Advocaten.nl       

doorverwijzing naar mediator stijgt

Rechters en officieren van justitie hebben vorig jaar in 2977 rechtszaken de betrokkenen naar een mediator verwezen, om eerst met elkaar in gesprek te gaan. Dat gebeurde het vaakst in familiezaken (1668) en in strafzaken (946)

Opvallend is dat in strafzaken het vaakst overeenstemming werd bereikt: in 76 procent van de zaken eindigde de mediation succesvol. In totaal (in alle rechtsgebieden) komen de partijen er in 60 procent van de mediationtrajecten samen uit.

De rechter of officier die een zaak behandelt, kijkt eerst of deze zich leent voor mediation. Als dat zo is, doet hij een mediationvoorstel aan partijen. Dat heeft tot doel partijen gezamenlijk tot een oplossing te laten komen, waar ze beiden achter staan.

Opvallende stijging straf

In 2017 was een opvallende stijging te zien in het aantal strafzaken waarin de rechter of officier van justitie koos voor doorverwijzing naar de mediator. In 2016 waren het er nog 600, het jaar daarna 946: een toename van ruim 50 procent. Die stijging is een direct gevolg van de landelijke invoering van mediation in strafrecht. Na 3 jaar succesvol experimenteren bij 6 rechtbanken is het in 2017 bij alle rechtbanken en gerechtshoven mogelijk geworden om strafzaken aan de mediator voor te leggen. Op 21 december heeft de Tweede Kamer bij de stemming over de begrotingsbehandeling ervoor gezorgd dat daar ook dit jaar financiering voor komt.

Succescijfers straf

Verdachten en slachtoffers bereiken ook vaker overeenstemming tijdens mediation dan mensen en organisaties die partij zijn in een civiele of bestuursrechtelijke zaak. Rechter Judith Uitermark (landelijk ZM-coördinator Mediation in Strafrecht en lid van de Expertgroep Maatwerk en Mediation) denkt dat dit komt door de strenge selectie die voorafgaat aan het mediationtraject. ‘Van alle verwijzingen door het Openbaar Ministerie of de rechter gaat, na nader onderzoek door de mediationbureaus van de rechtbanken en hoven, uiteindelijk tweederde van de zaken door naar de mediator. Daar komen slachtoffer en verdachte met elkaar in gesprek. De hoge slaagcijfers laten zien dat verdachten en slachtoffers die besluiten deel te nemen aan mediation, een goed beeld hebben van wat ze kunnen verwachten.’

Minder familie en jeugd

Hoewel civiele familie- en jeugdzaken nog steeds meer dan de helft van de verwijzingen beslaan, is daar wel een daling te zien (1668 zaken in 2017 ten opzichte van 1909 in 2016). ‘Ik denk dat daarbij een rol speelt dat er sprake is van een algehele daling van het aantal familie- en jeugdzaken; bij minder zaken zijn er minder verwijzingen. Ook zien we vaker dat mensen voorafgaand aan een rechtszaak al een vorm van bemiddeling geprobeerd hebben. Als die is mislukt, zien ze mediation tijdens de rechtszaak vaak niet meer zitten,’ aldus Uitermark.

Bron: Rechtspraak                            

Driekwart zaken mediation in strafrecht succesvol

Driekwart van de strafzaken waarbij slachtoffer en dader een mediationtraject ingaan wordt succesvol afgerond. Bij 5,5 procent van de zaken wordt gedeeltelijke overeenstemming bereikt. Dit is te lezen in de nieuwe editie van het Infoblad Mediation in strafzaken (pdf, 825,8 KB) dat vandaag is verschenen. Bij een mediationtraject gaan slachtoffers en verdachten onder begeleiding van een mediator met elkaar in gesprek.

Van januari tot en met september dit jaar zijn 326 strafzaken doorverwezen naar een mediator. 479 zaken kwamen hiervoor in aanmerking, maar bij 32 procent van deze zaken startte het mediationtraject niet omdat de betrokken partijen niet bereid waren hieraan mee te werken.

Verschillende politieke partijen hebben de minister van Justitie en Veiligheid gevraagd op welke manier mediation in strafzaken ook in de toekomst gefinancierd kan worden. Hier is op dit moment namelijk nog onduidelijkheid over.

Bron: de Rechtspraak                                                   

8 redenen om niet te kiezen voor een scheidingsmediator

Acht signalen om niet te kiezen voor een scheidingsmediator ( en direct naar een advocaat te stappen)

 Zodra een huwelijk voorbij is, is de enige vraag: “hoe gaan de we de juridische en financiële verwikkeling ontwarren, en (indien van toepassing) een goede regeling voor de kinderen opstellen?”

Voor sommigen is scheiden via een mediator aantrekkelijk: men vermijdt liever vijandelijkheden, bemiddeling is goedkopere en  een juridisch gevecht kost energie en maandenlang gepieker.

Echtscheiding is nooit makkelijk, maar het is een van die gebeurtenissen in het leven die men grondig moet overdenken.  Maar niet elk echtpaar is een goede kandidaat voor mediation en het is moeilijk om vooraf te bepalen wie het proces nuttig of juist nutteloos vindt.

Hieronder leest u acht signalen om te voorspellen dat mediation niet gaat werken.

Het welzijn van uw partner laat u koud

Mediation vereist dat echtgenoten met elkaar het beste voor hebben. Het doel van mediation is immers is dat iedereen aan het eindpunt tevreden is. Partners moeten bereid en in staat zijn om zich in het standpunt van de ander te verplaatsen, zelfs als men het met dat standpunt niet eens is. Beide partners moeten dus bereidt zijn om te luisteren naar de nader.

U  kunt uw partners kijk op de realiteit niet accepteren

Zelfs de voor de meest flexibele en open-minded partner is het moeilijk te accepteren dat zijn of haar  versie van de werkelijkheid niet de enige juiste is.  U zult in staat moeten accepteren dat er meerdere versies van de werkelijkheid zijn; die van u en die van uw partner.  En u moet accepteren dat die naast elkaar kunnen bestaan.

Als u of uw partner echt blijft vasthouden aan de eigen versie, dan is de mediation niet aan te raden. Partners die in een slachtofferrol zitten, en daar niet uitkomen, moeten dus niet beginnen aan mediation.

U bent niet in staat om voor uzelf op te komen.

Over het algemeen is er geen reden om genoegen te nemen met minder dan waarop u volgens de wet recht hebt. Toch gebeurt het heel vaak dat een partner in de mediation genoegen neemt met veel minder of bijna niets, om dat hij of zij niet voor zichzelf weet op te komen.De mediator is daarbij wel een modererende factor, maar die vanwege zijn rol kan als mediator niet direct voor uw belangen opkomen. De mediator zit er immers niet voor u, maar voor beide partners.

U kunt dan beter een advocaat zoeken om vanaf de zijlijn te adviseren, maar dit is uiteindelijk slechts een manier om tijdig afscheid te kunnen nemen van de mediation, voordat er een convenant is getekend. Dus als u moeite hebt voor uw eigen belangen op te komen, zoek een advocaat voor u zelf, om u te adviseren, al is het maar op de achtergrond.

Er was geweld binnen de relatie

Als er sprake is van misbruik of geweld, dan is bemiddeling nagenoeg uitgesloten. Wetenschappelijk onderzoek leert dat een gewelddadige partner per definitie niet van plan is om het perspectief van de andere partij te overwegen. Empatie, een vereiste voor mediation,  is in zo`n geval niet aanwezig.

U  hebt haast

Bemiddeling is niet de snelste manier om te scheiden. Kennismaken met de mediator, de regels vastleggen, het afstemmen van agenda`s, een plan van aanpak maken, onderhandelingen over diverse onderwerpen, ruggespraak met kennissen, juridisch adviseurs of een advocaat, vereist regelmatig overleg met uw partner en de mediator, zonder hindernissen, ruzies en conflicten. Een en ander kan vele maanden, zo niet een jaar of meer in beslag nemen.

Voor echtparen die de tijd hebben en de tijd willen nemen is mediation een uitkomst; ze kunnen zelf het tempo bepalen, de volgorde van onderwerpen waar men een regeling over wil etc. Bovendien kan door tijdsverloop de woede of verdriet over de echtscheiding naar de achtergrond zakken.

U wil eigenlijk geen mediation

Een van de belangrijkste uitgangspunten bij mediation is dat beide partijen zich op zijn minst willen inzetten voor de mediation. Zelfs partijen die het gewoon maar proberen zijn in beginsel geschikt voor mediation, ondanks dat er een veelheid van conflicten voor hen ligt.

Omgekeerd kan dit ook tegen u werken; Mediation kan worden misbruikt door de andere partner om gedurende lange tijd  kostbare alimentatieplichten te ontlopen. Door tijdsverloop kunnen ook andere ontwikkelingen (uw ex partner krijgt een nieuwe relatie, zodat zijn of haar prioriteiten ineens wijzigen) roet in het eten gooien.

U wilt dat de andere partij verlies, zelfs als er niets is te winnen

Voor een partner die het gaat om winnen of verliezen is mediation geen optie. Bij echtscheiding zijn er sowieso geen winnaars of verliezers, maar bij mediation is het zeer belangrijk om bereid te zijn concessies te doen en bereid te zijn om afstand te doen van bepaalde rechten, zaken en allerlei dingen die u vanzelfsprekend vond.

Als een partner er op uit is om het leven van de ander goed te verzieken is mediation geen goede optie. Vaak gebeurt het dat de ene partner bij vakanties geen rekening houdt met die van de andere ouder, zodat het contact tussen de kinderen en die ander wordt gefrustreerd. Als de ene partner uit is op wraak, zal mediation nooit gaan werken.

U denkt dat het resultaat afhankelijk is van het geld dat u besteedt

De kosten van een mediator zijn aanzienlijk lager dan die van twee echtscheidingsadvocaten.  Een echtscheiding kan enkele duizenden kosten maar ook 50.000,- of meer. Meer geld betekent echter niet ook een beter resultaat. Een rechter zal immers kijken naar wederzijdse belangen, en die van de kinderen, en niet naar het bedrag dat u over hebt voor de kosten van rechtsbijstand. Het geld dat u met mediation bespaart is een belangrijk motief voor sommigen om het maar eens te proberen.
Weet u niet of mediation gaat werken of niet. Praat eens met een advocaat. Neem contact op met advocaten.nl en stel een vraag of maak een afspraak. Neem contact op met advocaten.nl en stel een vraag.

Mediation voor confilicten met zieke werknemers

Confilicten met zieke werknemers oplossing via mediation

Het komt regelmatig voor dat de arbo-arts mediation adviseert bij werknemers die zich ziek hebben gemeld. Vaak speelt dan naast ziekte ook een arbeidsconflict.

Mediation is het oplossen van conflicten met de hulp van een neutrale conflictbemiddelaar: de mediator. De mediator doet zelf geen uitspraak, maar hij begeleidt de onderhandelingen tussen de partijen. Het doel is dat partijen zelf hun oplossing vinden zonder tussenkomst van de rechter. De mediator helpt de partijen daarbij. Het uitgangspunt is volstrekte vertrouwelijkheid. Geen van beide partijen mag hetgeen tijdens de mediation is gezegd of gebeurd later naar buiten brengen.

Werkgevers draaien doorgaans voor de kosten op en hebben daar veelal geen zin in. Zij zijn zich ook vaak niet eens bewust van het bestaan van een conflict met de werknemer. Toch is voorzichtigheid geboden. Wanneer een werknemer ziek is en stelt dat er een arbeidsconflict is, is er in ieder geval voor die werknemer een drempel om terug te keren in het arbeidsproces. Wanneer de arbo-arts de werknemer daarin steunt, mediation adviseert en de werkgever niet adequaat doorpakt, kan hem dit (als de ziekte doorsuddert) uiteindelijk duur komen te staan.

Als immers tijdens het tweede ziektejaar wordt beoordeeld of een werknemer in aanmerking komt voor een WIA-uitkering, zal eerst worden getoetst of het reïntegratieproces wel correct en voortvarend is doorlopen. Wanneer mediation is geadviseerd en de werkgever dit niet (of niet tijdig) heeft opgestart, is het oordeel van het UWV meestal dat een verlenging van de loonbetalingsverplichting wordt opgelegd en die is doorgaans meteen 52 weken. Niet alleen moet een werkgever dan nog een jaar langer doorbetalen, maar ook wordt het ontslagverbod tijdens ziekte dan met eenzelfde periode verlengd.

Verder is de insteek van het UWV dat wanneer een van de partijen een conflict ervaart, er een conflict is en de werkgever doet er dan verstandig aan om aan een dergelijk conflict de juiste aandacht te besteden. Het loont dus de moeite mediation met de nodige voortvarendheid op touw te zetten wanneer dit door de arbo-arts wordt geadviseerd. Het voordeel is overigens ook dat partijen sneller in gesprek komen en er wellicht eerder gepraat wordt over een eventuele vertrekregeling. Daarnaast zorgt mediation er voor dat de werknemer tot voortvarendheid wordt gemaand

Is mediation voorgesteld door de arbo-arts en pakt de werkgever dit correct op, dan moet een werknemer daar ook zijn best voor doen. Wanneer een werknemer immers niet meewerkt aan zijn reïntegratie in die zin dat hij de door de arbo-arts gegeven redelijke aanwijzingen niet opvolgt, dan kan de werkgever het salaris stopzetten.

Wanneer mediation is voorgesteld, maar beide partijen dat toch niet wensen, is het zaak goed gemotiveerd vast te leggen waarom er voor is gekozen geen mediation aan te gaan, zodat het afzien van die mediation de werkgever later niet wordt tegengeworpen.